Soms kunnen kinderen door allerlei omstandigheden even niet meer thuis wonen. Ze kunnen dan terecht bij een pleeggezin voor een paar dagen, weken of maanden. De familie Van der Meiren uit Nieuwrode is zo’n logeergezin. “Kinderen opvangen betekende voor zowel het pleegkind als ons gezin een grote meerwaarde”, vertellen Carina, Marie en Pieter.
“Mijn man, Gert, werkte in de bijzondere jeugdzorg en merkte op dat er nood was aan extra opvanggezinnen”, begint Carina Ramaekers (59) het verhaal. “Naast onze drie dochters Lienne (29), Nelle (27) en Marie (25) en zoon Pieter (23), wou ik altijd nog een vijfde kind, maar Gert zag dat minder zitten. Daarom zijn we zo’n zeventien jaar geleden gestart als pleeggezin. Ook voor onze kinderen vonden we dat een meerwaarde, want zo leerden ze dat het niet voor alle kinderen even makkelijk is om op te groeien. Zij weten nu dat de plaats waar je wieg staat, heel belangrijk is.”
Wat houdt dat precies in, pleeggezin zijn?
Carina: “Eerst deden we aan crisisopvang. Gedurende een heel korte periode – vaak maar voor enkele dagen – vingen we kinderen op. De redenen waarom we ze moesten opvangen, waren heel divers. Zo was er bijvoorbeeld een moeder die ging bevallen van een derde kindje, maar geen opvang vond voor haar twee andere kinderen, of er was een ouder die een nacht in de cel moest doorbrengen. Meestal ken je niet alle details over de gezinssituatie van het kind, maar dat hoeft ook niet. Je probeert het vooral een zo warm mogelijk onderdak te geven, zolang als nodig. Als het probleem is opgelost, gaat het kind weer naar huis. Met die crisisopvang zijn we ondertussen gestopt, maar we hebben wel een pleegkind dat al elf jaar over de vloer komt. Ze verblijft hier tweewekelijks een weekendje en in de zomervakantie blijft ze soms voor een langere periode. Dat heet ondersteunende pleegzorg.”
Kan elk gezin zomaar een pleeggezin bij Pleegzorg worden?
Carina: “Het is best pittig om het te worden, want er gaan veel gesprekken aan vooraf. Ze vragen onder andere waarom je een pleeggezin wil worden en schotelen je enkele situaties voor waarbij je moet zeggen hoe je ze zou aanpakken. Dat is zeker nodig, want zo kan Pleegzorg (de organisatie die alles in goede banen leidt, red.) je goed screenen en weet je waar je je aan kan verwachten. Ze geven je trouwens niet zomaar een pleegkind. Pleegzorg kijkt altijd eerst of het kind en diens ouders een match vormen met je gezin.”
Marie: “Ook mijn broer, zussen en ik werden in onze kindertijd gescreend. Dat was best indrukwekkend, het waren veel gesprekken. Ze vroegen bijvoorbeeld hoe we zouden reageren als iemand ons speelgoed stukmaakt. Pieter, die toen zes jaar was, vertelde tijdens zo’n gesprek dat hij het allemaal oké vond, zolang het pleegkind maar een jongen was. Hij had al drie zussen en dat vond hij genoeg. (lacht) Achteraf gezien vind ik het heel goed dat ook wij gehoord werden.”
[Lees verder onder de foto.]