Op kamp gaan, dat is een hele week met hun vriendjes weg. Hele dagen spelen en zich amuseren met de leiding, daar kijken ze enorm naar uit.
Maar het is ook wel een bijzonder avontuur. Misschien zijn ze voor de eerste keer zo lang weg van huis. Of misschien kennen ze de kinderen uit hun groep nog niet zo heel goed. Zo wordt het voor iedereen een feest:
-
Ga in het voorjaar al eens op weekend. Dat geeft hen een voorsmaakje van wat ze op kamp zoal mogen verwachten.
-
Voor je op kamp gaat, ga je best langs bij alle ouders van deze kinderen. Het is een goede kans om jezelf nog eens voor te stellen en om uitleg te geven over wat een kamp inhoudt. Neem wat foto's mee zodat ze er ineens ook een beeld van krijgen.
-
Besteed aandacht aan groepsbinding en kennismaking. Kinderen in deze leeftijdscategorie hebben vriendjes nodig. Sommige kinderen komen tijdens het jaar niet zo vaak naar KLJ waardoor ze de groep nog niet zo goed kennen. Voorzie de eerste dag(en) flink wat spelen waarbij de leden elkaar beter leren kennen.
-
Sluit de dag op tijd af zodat de kinderen voldoende nachtrust hebben. Al lijken ze onvermoeibaar.
-
Maak de dagtocht niet te zwaar. Kinderen vanaf 9 jaar kunnen wel al flink wat stappen, maar hebben nog altijd kortere beentjes dan oudere tieners.
-
Voorzie een aantal vrije momenten waarop deze kinderen kunnen kiezen wat ze doen. Zo kunnen ze eens lekker babbelen of zich uitleven met voetballen.
-
Bouw een aantal rustmomenten in. Een half uurtje platte rust na het eten is geen overbodige luxe voor deze actieve kinderen.
-
Zorg voor een aantal 'huiselijke rituelen'. Een verhaaltje of kus voor het slapengaan, een knuffelbeer mee in bed. Stel je open voor kinderen die soms nood hebben aan een knuffel. Je moet weten dat ze van hun ouders misschien elke dag wel vijf knuffels krijgen. Op kamp ben jij dan even de 'vervang-mama of -papa'.
-
Besteed aandacht aan lichaamshygiëne. Bewaak dat ze zich goed wassen, dat ze hun tanden poetsen, dat ze hun handen wassen voor het eten, dat ze elke dag propere kleren aandoen.
-
Laat de kinderen voldoende eten en drinken. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar is het zeker niet. 'Ik heb geen honger', wordt snel gezegd. Een kind dat een hele dag gespeeld heeft, moet ook goed eten.
- Maak er een veilig kamp van: hou hen op afstand van het kampvuur, vraag hen geen hete kom soep te dragen, laat hen niet springen op de stapelbedden … Deze helden denken namelijk dat ze alles aankunnen en durven ook veel.