Dure woorden voor klein geld

Over het spel

ongeveer 30 minuten
5 tot 20 spelers, 18 tot 0 jaar
onbepaald

methodiek
matig

Benodigdheden

Biljetten van 500 euro Biljetten met opdrachten Balpennen Inkijkexemplaren Spoor-ZeS-uitgaven Folders en nieuwsbrieven van Spoor ZeS Materiaal voor enkele opdrachten

Uitleg

Samenvatting:

Deelnemers krijgen een biljet van 500 euro. Daarop kunnen ze hun eigen ideeën en associaties die solidariteit en zingeving bij hen oproepen invullen. Nadien wisselen ze de 500 euro kleinere biljetten. Op die biljetten staan klein opdrachtjes, vragen en korte beschrijvingen. Zo krijgen ze tips en ideeën om rond solidariteit en zingeving bezig te zijn en zien ze dat ze er eigenlijk al heel veel mee doen in hun eigen groep.

Verloop:

Vraag alle deelnemers om in een kring te gaan zitten en geef iedereen een briefje van 500 euro en een balpen. Op de achterkant van het biljet moeten de deelnemers opschrijven wat er in hen opkomt als ze de woorden 'zingeving' en/of 'solidariteit' horen. Ze hoeven het voorlopig nog niet te vertellen in de groep.

Suggesties voor bijvraagjes

Wat betekenen deze woorden voor hen of hun groep?
Wat maakt het moeilijk om met deze thema's te werken in de groep?
Wat maakt het moeilijk om met deze thema's te werken in de groep?
Welke ervaring heb je al opgedaan rond deze thema92s?

'Zingeving' en 'solidariteit' zijn 'grote' woorden, 'dure' woorden, vandaar ook groot geld. Bij veel mensen schrikken die woorden af. Vaak hoor je dat leid(st)ers en/of leerkrachten het moeilijk vinden om solidariteit aan te kaarten in de groep of leuke zingevingsmomenten uit te werken. Met deze methodiek laat je de deelnemers inzien dat zingeving en solidariteit in hele kleine dingen kan zitten. Vaak ben je met de thema's bezig zonder dat je het beseft.

De methodiek geeft allerlei voorbeelden van die kleine dingen, die de deelnemers waarschijnlijk wel zullen herkennen. Daarnaast geef je hen ook informatie over al het zingevings- en solidariteitsmateriaal dat ze bij Spoor Zes kunnen vinden om hun activiteiten zinvol uit te werken.

Vraag aan de deelnemers om hun 500 euro voor zich te leggen. De bedoeling is dat ze hun 500 euro wisselen voor kleinere geldbriefjes die allemaal in het midden liggen. Ze kunnen kiezen voor bedragen van 5, 10, 20 of 50 euro. Het wisselen is eerder symbolisch. Het volstaat als iedereen om beurten een biljet kiest. Op achterkant staan telkens kleine opdrachten, vragen, spelsuggesties, situaties of korte beschrijvingen van onze uitgaven. Je kunt alles gewoon aan je groep voorstellen. Af en toe kun je eens iets uitproberen of bespreken. Afhankelijk van de tijd die je voorziet kun je langer blijven stilstaan bij de verschillende briefjes. Hoe meer je de deelnemers zelf laat vertellen over hun ervaringen of spelideetjes effectief uitvoert, hoe meer ze zullen opsteken. Je kunt hen ook altijd de vragen stellen: 'Ervaar je dit in je eigen groep?' of 'Zie je jezelf dit doen met je groep?'

Sommige biljetten zijn blanco. Hier krijgen de deelnemers de kans om zelf te vertellen wat ze rond zingeving doen, of wat er op hun lever ligt. Ze kunnen hier elementen aanbrengen die ze op hun briefje van 500 euro schreven. Wat betekenen deze woorden voor hen of hun groep?Wat maakt het moeilijk om met deze thema's te werken in de groep? Wat maakt het moeilijk om met deze thema's te werken in de groep?Welke ervaring heb je al opgedaan rond deze thema's?