Ook Amir Bachrouri, voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad, is bezig met diversiteit in alle hoeken van de samenleving. Hij vraagt zich nog het volgende af: “Hoe bereiken jullie allochtone jongeren?”
Rebecca (EJV): “Door in te spelen op de mogelijkheden die er zijn, onder andere. In de centrumsteden zijn er bijvoorbeeld veel kerken met een migratieachtergrond. We leggen bewust contact met hen en merken dat we door onze christelijke identiteit snel verbinding maken. Ook mensen met een andere geloofsovertuiging zijn welkom trouwens, alleen vinden we het heel belangrijk dat mensen weten waarop ze ‘ja’ zeggen. Daarom hebben we bijvoorbeeld brochures in de vier meest voorkomende talen, waarin we onder andere een dag op kamp in beeld brengen. Zo zijn de ouders ook op de hoogte van onze werking.”
“Verder werken we samen met een vluchtelingenorganisatie. Elk jaar voorzien we vijftien ledenplekken voor vluchtelingen, ook al is het onzeker of ze hun jaar zullen kunnen uitdoen. Dat doen we omdat we beseffen hoe belangrijk de jeugdbeweging kan zijn in hun integratieproces, hoe waardevol het is om gelijkgestemde jongeren te ontmoeten.”
Anaïs (IJD): “Zo lang iedereen openstaat voor andere meningen, is het alleen maar boeiend om mensen met verschillende achtergronden samen te brengen. Er zijn ook katholieke scholen met kinderen van verschillende geloofsovertuigingen. Waarom zou dat in het jeugdwerk niet kunnen?”
Ines (Chiro): “De aard van de activiteiten is ook een belangrijke. Vanuit een andere functie bij Chiro probeerde ik ooit een meisjeswerking op te starten in Gent, waar we meisjes uit een specifieke buurt Chiro en onze activiteiten lieten ervaren door meisjes uit die buurt. Dat had zo z'n uitdagingen. Tegelijk geloof ik dat onze activiteiten voor iedereen leuk kunnen zijn – zo lang we oog hebben voor de grenzen van het kind. We moeten op zoek naar onze gemeenschappelijke deler en inzetten op wat kinderen en jongeren leuk vinden: samen zijn, zich verbonden voelen, vrienden maken... Die noden zijn universeel. Ik geloof dat we daarmee élk kind kunnen aanspreken.”
Lot (KLJ): “Die connectie is inderdaad een belangrijk element. Sinds kort startten we KLJ Connect op, een project waarbij we verbinding creëren tussen bijvoorbeeld onze leden op het platteland en een groep die voor hen onbekend is. We willen voor wie KLJ onbekend terrein is, laten kennismaken met het jeugdwerk.”
Dries (S&G): “Misschien meer dan andere jeugdorganisaties zetten we in op experiment binnen die thema’s. In Antwerpen is een scoutsgroep opgericht door mensen met verschillende etnische achtergronden. Dat werkt, omdat dat initiatief er kwam vanuit de doelgroep zelf.”
Jan (FOS): “Er zijn in elk geval nog veel mogelijkheden. Laten we hopen dat we binnen dertig jaar, als we dit gesprek nog eens overdoen, ook hier aan tafel meer diversiteit zien.”
Tekst: Maud Vanmeerhaeghe / Foto: Jonas Smeulders